'Maar er is wel een groot verschil', merkte Perkins koeltjes op. 'Hij heeft een hit en ik niet.'
Op dat moment herinnerde Cash zich een opmerking van een legervriend, met wie hij in Duitsland dienst had gedaan. Voor een driedaags verlof - beide soldaten tot in de puntjes gekleed - maakte die vriend de klassieke opmerking 'Don't step on my blue suede shoes'. Cash hoorde er meteen een songtekst in, vertelde hij later, en gaf het idee aan Perkins om hem ook aan een hit te helpen. Tragisch genoeg scoorde concurrent Elvis een nog veel grotere hit met Blue Suede Shoes. En hoe de tweestrijd afliep is genoegzaam bekend.
Dezelfde Carl Perkins - en uiteraard ook Johnny Cash - was betrokken bij een historisch rock 'n roll-moment, in de beroemde Sun-studio van Memphis, Tennessee. Op een dag in december 1956 had Perkins de studio geboekt voor een sessie, toen - onafhankelijk van elkaar - Johnny Cash, Elvis Presley en Jerry Lee Lewis binnen kwamen lopen. Dat leidde tot de 'Million-Dollar Quartet-session', met oude country- en popsongs, die pas halverwege de jaren tachtig op plaat zouden verschijnen. Ook hier worden over de rol van Johnny tegenstrijdige verhalen verteld. Volgens sommigen heeft hij nooit aan de sessie meegedaan, omdat hij liever de stad in ging om te winkelen. Cash zelf zegt dat hij er wel degelijk bij was, maar dat hij in een hogere toonsoort zong dan gebruikelijk. Daarom was zijn bekende sonore stemgeluid niet op de band te horen, maar de goede luisteraar kan zijn zangpartijen wel degelijk herkennen. Cash was ook betrokken of aanwezig bij de geboorte van grote sterren. Hij kende Charlie Rich, Kris Kristoffersen, Bob Dylan en Dolly Parton voordat zij wereldroem vergaarden.